Woonzorgcentrum Veilige Have in het Oost-Vlaamse Aalter haalde als eerste het Menso-label binnen. De 350 personeelsleden en 300 bewoners kregen twee dagen lang drie externe auditoren over de vloer. Kwestie van de sfeer op te snuiven en te peilen naar de tevredenheid van alle betrokkenen. Conclusie? WZC Veilige Have mag zich het warmste woonzorgcentrum van Vlaanderen noemen, een bevestiging van hun reputatie. Vraag het maar aan leidinggevende Barbara Mouton en Hanne Van de Steene.


Hanne Van de Steene en Barbara Mouton


Menso-label is bevestiging

 

Hanne (Stafmedewerker documentbeheer & projecten – communicatiemedewerker): “Onze reputatie als warm huis werd bevestigd met dit label, en dat doet toch wel deugd. De zorg in het algemeen komt heel vaak in een negatief daglicht. Dankzij het Menso-label, wat ook staat voor warme zorg, hebben we iets positiefs om mee uit te pakken. Want ondanks de uitdagingen (bijv. personeelstekort) kunnen wij ook wel mooie dingen realiseren. Dit overstijgt ook het niveau van directie, bestuursleden of dienstkwaliteit. Het is het succesverhaal van álle medewerkers.”


Barbara (Teamverantwoordelijke kwaliteit en beleid – stafmedewerker zorg): “Maar het was eigenlijk eerder de kers op de taart en zeker geen doel op zich. Wij streven sowieso naar kwaliteitsvolle zorg. Een auditor zei: ‘Mocht ik dichter bij jullie wonen, zou ik hier zeker solliciteren. Want het is hier echt een warm huis om te werken.’ En we horen dat ook van onze medewerkers. Daar hebben we altijd naar gestreefd met het volledige team van Veilige Have. Met succes.“


Hanne: “Ons woonzorgcentrum telt 300 bewoners en 350 medewerkers. Dat is best groot, maar toch hangt hier een familiale sfeer. Veel medewerkers zijn hier hun carrière gestart. Veilige Have is een beetje een dorp op zich, maar het is wel een dorp waar iedereen elkaar kent.”


Kwaliteitssysteem verder uitbouwen

 

Barbara: “De keuze voor het Menso-model lag voor de hand. Wij hadden al ervaring met het Prezo-model, de voorloper van Menso, en waren daar enthousiast over. We zagen meteen dat de prestaties veel eenvoudiger waren, want Prezo telde er meer. Verder viel ook op dat de bewoner echt centraal staat. Kortom, het bleek een goed model om ons kwaliteitssysteem verder uit te bouwen.”


“We zijn toen gestart met werkgroepen rond prestaties: bijvoorbeeld medicatie, het wonen en leven. We zochten daarbij vooral naar mensen met goesting. Wie wou meedenken, mocht zich aanmelden. We hadden ook een klein draaiboek met de ambities of acties van die werkgroep.


Elk jaar wordt een actieplan opgesteld met de verschillende acties voor dat (werk)jaar. Met Menso zijn we ons beginnen toespitsen op de daarin vermelde prestaties, want dan beslisten de bestuursleden ook om voor de Menso-certificering te kiezen.” 


Praktijk- en doelgerichte audit

 

Barbara: “Onze medewerkers hielden een goed gevoel over aan de interviews. De focus lag duidelijk op waarderend auditen. In totaal werden 52 mensen geïnterviewd in ons woonzorgcentrum: medewerkers, directie, bestuursleden en coördinerend raadgevend arts. Maar ook de bewoners (en hun naasten), vrijwilligers en stagiaires mochten hun stem laten horen in de audit. Nadien volgden andere medewerkers tijdens een rondgang. Het fijne was dat we op de laatste dag van de audit al een eerste conclusie kregen. Zo konden we twee stresserende dagen afsluiten met een goed gevoel.”


 “Grote voordeel van de auditoren bij Menso was dat zij zelf in het werkveld staan. Twee van de drie auditoren werken zelf in een woonzorgcentrum. Als medewerkers het antwoord op een vraag schuldig bleven, dan konden zij dat kaderen. Want het zijn mensen met ervaring, kwaliteit en voeling voor de sector.”


Drietal werkpunten

 

Barbara: “Er kwamen een drietal werkpunten of verbeterpunten naar voren uit de Menso-audit. Voor het medicatiebeleid bijvoorbeeld waren de verantwoordelijkheden van een zorgkundige niet altijd op elke dienst even duidelijk. Dan was er nog een over psychisch welbevinden en over het nieuwe dossier.”


“Eigenlijk kenden we de werkpunten al, want wij waren in januari gestart met een nieuw zorgdossier. We waren ons dus bewust van het feit dat medewerkers hierin nog moeten groeien. En voor de prestatie psychisch welbevinden moet nog een groot deel uitgewerkt worden in het najaar. Er zijn dus geen zaken naar boven gekomen waarvan we schrokken of die we niet kenden.”


Structurele meerwaarde

 

Hanne: “Als er nu nieuwe projecten komen, bevorderen die ook echt de kwaliteit voor onze medewerkers en bewoners, onze naasten en ons netwerk. En we brengen ze effectief tot een goed einde. 

Ze worden geïmplementeerd in de werking en resulteren dus in een duurzaam resultaat dat verankerd zit in ons systeem.”


Barbara: “Dankzij het Menso-traject leren we omgaan met het opmaken van actieplannen. En de deadlines zorgen ervoor dat bepaalde zaken uitgewerkt worden. Vroeger kwamen we minder snel tot de kern van de zaak of tot daadwerkelijke actie.”

 

Menso Plus in 2027


Barbara: “We doen gewoon verder zoals we bezig waren, want dat zat al goed. Zonder of met label. We blijven sowieso Menso en de prestaties gebruiken als basis van ons kwaliteitswerking. 

Een volgende stap in 2027 kan misschien wel het Menso-plus label zijn.”


“Ons traject heeft wel een goede twee jaar in beslag genomen. Corona heeft er natuurlijk ook tussen gezeten, maar we zijn toch even bezig geweest om alles geïmplementeerd en uitgewerkt te krijgen.”


 


Meer weten over de Menso-audits en -labels?